DictionaryForumContacts

Morphology analysis
bomen (1273) | Verb
1 bomen
2 bomend
3 geboomd
4 boom
5 boomt
6 boomt
7 bomen
8 bomen
9 bomen
10 geboomd
11 geboomd
12 geboomd
13 geboomd
14 geboomd
15 geboomd
16 boomde
17 boomde
18 boomde
19 boomden
20 boomden
21 boomden
22 geboomd
23 geboomd
24 geboomd
25 geboomd
26 geboomd
27 geboomd
28 bomen
29 bomen
30 bomen
31 bomen
32 bomen
33 bomen
34 geboomd
35 geboomd
36 geboomd
37 geboomd
38 geboomd
39 geboomd
40 bomen
41 bomen
42 bomen
43 bomen
44 bomen
45 bomen
46 geboomd
47 geboomd
48 geboomd
49 geboomd
50 geboomd
51 geboomd
52 boom
boom (88) | Noun, masculine
boom singular singular
bomen plural plural