DictionaryForumContacts

Morphology analysis
roosteren (1304) | Verb
1 roosteren
2 roosterend
3 geroosterd
4 rooster
5 roostert
6 roostert
7 roosteren
8 roosteren
9 roosteren
10 geroosterd
11 geroosterd
12 geroosterd
13 geroosterd
14 geroosterd
15 geroosterd
16 roosterde
17 roosterde
18 roosterde
19 roosterden
20 roosterden
21 roosterden
22 geroosterd
23 geroosterd
24 geroosterd
25 geroosterd
26 geroosterd
27 geroosterd
28 roosteren
29 roosteren
30 roosteren
31 roosteren
32 roosteren
33 roosteren
34 geroosterd
35 geroosterd
36 geroosterd
37 geroosterd
38 geroosterd
39 geroosterd
40 roosteren
41 roosteren
42 roosteren
43 roosteren
44 roosteren
45 roosteren
46 geroosterd
47 geroosterd
48 geroosterd
49 geroosterd
50 geroosterd
51 geroosterd
52 rooster
rooster (208) | Noun, masculine
rooster singular singular
roosters plural plural