DictionaryForumContacts

Morphology analysis
zin (301) | Noun, masculine
zin singular singular
zinnen plural plural
zinnen (711) | Verb
1 zinnen
2 zinnend
3 gezonnen
4 zin
5 zint
6 zint
7 zinnen
8 zinnen
9 zinnen
10 gezonnen
11 gezonnen
12 gezonnen
13 gezonnen
14 gezonnen
15 gezonnen
16 zon
17 zon
18 zon
19 zonnen
20 zonnen
21 zonnen
22 gezonnen
23 gezonnen
24 gezonnen
25 gezonnen
26 gezonnen
27 gezonnen
28 zinnen
29 zinnen
30 zinnen
31 zinnen
32 zinnen
33 zinnen
34 gezonnen
35 gezonnen
36 gezonnen
37 gezonnen
38 gezonnen
39 gezonnen
40 zinnen
41 zinnen
42 zinnen
43 zinnen
44 zinnen
45 zinnen
46 gezonnen
47 gezonnen
48 gezonnen
49 gezonnen
50 gezonnen
51 gezonnen
52 zin